Nederland stopt voorlopig met het toedienen van het vaccin van AstraZeneca.
Het besluit is genomen naar aanleiding van nieuwe informatie over mogelijke bijwerkingen van het vaccin.
Er is nog geen bewijs dat er een daadwerkelijk verband is tussen het vaccin van AstraZeneca en bepaalde zeldzame klachten. Dat wordt verder onderzocht.
Nederland stopt voorlopig met het toedienen van het vaccin van AstraZeneca. Dat laat het ministerie van Volksgezondheid zondagavond weten. Het besluit wordt genomen uit voorzorg, nadat bij mensen in andere landen die waren geprikt met het vaccin bloedproppen waren ontstaan.
Afspraken die al met mensen zijn gemaakt voor een prik met het vaccin, worden afgezegd. Voor mensen die al een eerste prik met AstraZeneca hebben gehad, zijn de gevolgen nog niet bekend, aangezien er twaalf weken tussen de eerste en tweede prik zit.
De eerste prikken werden op 12 februari gezet. “Wij verwachten op het moment van de tweede prik duidelijkheid te hebben”, aldus het ministerie.
Minister Hugo de Jonge van Volksgezondheid zei donderdag nog dat Nederland door zou gaan met AstraZeneca. Enkele andere landen waren toen al uit voorzorg gestopt met de inenting van het vaccin van de Zweeds-Britse farmaceut.
"Vanuit het voorzorgsprincipe is besloten om de komende twee weken (tot en met zondag 28 maart) niet te prikken met AstraZeneca", laat het ministerie weten. Het departement baseert zich daarbij op een advies van het College ter Beoordeling van Geneesmiddelen (CBG).
"Directe aanleiding voor het advies is nieuwe informatie die dit weekend beschikbaar is gekomen. Het gaat om andere klachten dan het beperkte aantal meldingen van trombose na vaccinatie, waarop het CBG zich voor dit weekeinde baseerde."
Nieuwe informatie over mogelijke bijwerkingen van vaccin AstraZeneca
Het gaat om zes meldingen van mogelijke bijwerkingen uit Denemarken en Noorwegen, aldus VWS. "Het gaat om ernstige, zeldzame verschijnselen van stolselvorming (trombose) én een verlaagd aantal bloedplaatjes (trombocytopenie) bij volwassenen onder de 50 jaar. In Nederland zijn momenteel geen soortgelijke gevallen bekend."
Het CBG benadrukt dat er vooralsnog geen bewijs is dat de complicaties worden veroorzaakt door het vaccin, iets wat De Jonge ook onderstreept. "Cruciaal is de vraag of het gaat om klachten ná vaccinatie, of dóór vaccinatie", zegt hij. "Over de vaccins mag geen enkele twijfel bestaan. Ik vind het van groot belang dat de meldingen goed worden onderzocht. Daarom is het verstandig nu uit voorzorg even op de pauzeknop te drukken."
Het Europees geneesmiddelenbureau EMA doet nader onderzoek.
Mensen die een prik van AstraZeneca hebben gehad, en die onverwachte of onbekende klachten krijgen, wordt geadviseerd direct contact op te nemen met een arts. Als voorbeeld worden "kleinere blauwe plekjes" (puntbloedingen) in de huid genoemd.
289.000 prikafspraken gaan niet door
Het besluit om in de komende twee weken, tot en met zondag 28 maart, geen prikken te zetten met het vaccin van AstraZeneca, betekent dat er bijna 289.000 prikafspraken afgezegd worden. Dat blijkt uit cijfers van het Coronadashboard van de Rijksoverheid.
Op 28 maart zouden er in Nederland 639.075 ingeënt zijn met het vaccin van de Brits-Zweedse farmaceut, tegen 350.284 momenteel, zo luidt de prognose op het dashboard. Het verschil, 288.791 prikken, kunnen niet gezet worden door de beslissing.
Eerder op zondag liet de GGD GHOR weten dat de GGD'en in de komende twee weken 43.000 prikafspraken moeten afzeggen. Maar ook huisartsen dienen het vaccin toe.
Vaccinatie met vaccins van BioNTech/Pfizer en Moderna gaan wel gewoon door. De prognose is dat er op 28 maart in totaal 2.349.824 mensen gevaccineerd zijn tegen corona, terwijl dat er 2.638.615 zouden zijn geweest als prikken met AstraZeneca wel doorgang had gevonden.
Het is nog niet bekend of mensen die de komende twee weken geen AstraZeneca-prik krijgen een ander vaccin kunnen krijgen.
Minister De Jonge heeft goede hoop dat het coronavaccin van AstraZeneca snel weer kan worden gebruikt. In dat geval hoeft de pauze die zondag werd aangekondigd niet te leiden tot vertraging van de vaccinatiecampagne, aldus De Jonge maandagochtend in het tv-programma Goedemorgen Nederland.
De Jonge sprak eerder de verwachting uit dat iedereen die dat wil, begin juli minstens een keer kan zijn geprikt. Hij ziet nog geen reden die hoop te laten varen. "Als we over een paar weken weer gewoon verder kunnen, en daar ga ik op zich wel van uit, dan scheelt het eigenlijk niet zo heel veel met waar we stonden."